Woordenlijst

Bijgewerkt op 16 Feb 2024
9 Minuten te lezen
Bijdragers

Afdrukken
Delen
Donker
Licht
Pdf

Samenvatting van het artikel

Vond je deze samenvatting nuttig?

Bedankt voor uw feedback

RetailVista ERP is een bijzonder omvangrijke applicatie met ruim 400 tabellen waarin gegevens gestructureerd worden opgeslagen. Vanwege deze omvang is er goed nagedacht hoe bepaalde gegevens genoemd worden. Om dit eenduidig te houden is hier een woordenlijst beschikbaar waarin de gebruikte benamingen zijn vastgelegd en volgt per benaming een korte uitleg over wat er mee bedoeld wordt.

Aanbetaling	Op verkooporders kan door de retailer een aanbetaling gevraagd worden. Hiermee wordt geprobeerd om te voorkomen dat als artikelen vervolgens speciaal besteld worden voor de consument, dat deze die artikelen dan misschien nog niet afneemt. Met de aanbetaling wordt in ieder geval een stuk van de in zo'n situatie gederfde marge goedgemaakt en kan het artikel met een verlaagde prijs alsnog geprobeerd worden normaal te verkopen. Aanbetalingen kunnen ook webshop betalingen op webshop bestellingen zijn. Webshop bestellingen worden over het algemeen direct volledig betaald, maar de omzet wordt in RetailVista niet niet gemaakt als een webshop bestelling arriveert. Daardoor kan een reeds gedane betaling niet geboekt worden bij de omzet en om die reden worden betalingen als aanbetaling vastgelegd.
Artikel categorie	Elk artikel in RetailVista moet verplicht gekoppeld worden aan een artikel categorie. Een artikel categorie is het beste uit te leggen als een statistiekgroep. In de statistiek module is het mogelijk om gemaakte omzet te totaliseren per artikel categorie. Als vuistregel kan gesteld worden dat er over het algemeen veel meer artikel categorien zullen bestaan als kassagroepen. De kassagroep is in feite een verdichting of samenvatting van meerdere artikel categorieen. In een toekomstige versie van RetailVist gaan artikel categorieen waarschijnlijk statistiekgroepen heten.
Artikel groep	Artikel groepen zijn verzamelingen van opgegeven artikelen, vergelijkbaar met artikellijsten.
Artikel ontvangst	Dit gaat het over ontvangen van artikelen van leveranciers, over het algemeen als gevolg van een eerder geplaatst inkooporder. Door artikelen als ontvangst te registreren gaat de voorraad omhoog en gaan de openstaande inkooporde regels omlaag.

Bridge printer	Een bridge printer is een Windows printer die door de NedFox bridge client software wordt aangestuurd. De bridge client software zorgt ervoor dat er vanuit de RetailVista cloud omgeving geprint kan worden naar elke Windows printer, zonder dat er een Windows printer dialoog gekozen moet worden. Het maakt het ook mogelijk om vanuit RetailVista Mobile (Android/IOS) te printen naar Windows printers.
Bulk locatie	Een magazijn bulk locatie is een locatie waar artikelen via orderpicking geraapt kunnen worden. Dit maakt onderdeel uit van het locatie type. Het verschil tussen een raap en bulk locatie heeft te maken met de maken van orderpicking instructies. Als er zowel voorraad op een raap als een bulk locatie aanwezig is, dan zal er een orderpicking instructie op de raap locatie gemaakt worden. Een raap locatie krijgt dus voorraad op een bulk locatie.
BTW vrijgesteld	Artikelen kunnen soms BTW vrijgesteld verkocht worden. De retailer hoeft dan uiteraard geen BTW voor de verkochte artikelen af te dragen en de afnemer kan de BTW niet terugvragen. BTW vrijgestelde verkopen worden in RetailVista geregistreerd met de originele BTW code maar tegen 0% als percentage. Bij de BTW opgave is het ook nodig om aan te geven hoeveel omzet gemaakt is tegen 0% BTW per BTW type (hoog/laag).

Dynamische uitgifte locaties	Een verkooporder kan optioneel een uitgifte locatie hebben. De berekening van de toe te kennen uitgifte locatie aan een verkooporder kan plaats vinden op basis van allerlei criteria. Via de dynamische uitgifte locaties worden deze criteria ingesteld.

Gealloceerde voorraad	De gealloceerde voorraad een deel van de normale voorraad die 'apart' gezet is. Een voorbeeld hiervan is showroom voorraad. Door het aantal artikelen wat als showroom artikel bestaat te alloceren is bekend welk deel van de voorraad in feite niet verkoopbaar is maar klopt de totale voorraad nog wel doordat gealloceerde voorraad deel uit blijft maken van de totale voorraad. Naar webshops toe wordt over het algemeen de vrije voorraad min de gealloceerde voorraad gecommuniceerd, afhankelijk van instellingen en de gekozen implementatie.

Inkooporders	Inkooporders zijn bestellingen bij leveranciers. Nadat een inkooporder geplaatst is zullen na een bepaalde tijd artikelen geleverd wordt.

Kassagroep

Verkopen in RetailVista worden niet alleen voorzien van een omzetsoort op 'kop' niveau, maar elk verkocht artikel heeft een eigen kassagroep. Een belangrijke reden om artikelen van een kassagroep te voorzien is statistisch, het maakt het mogelijk om de verkopen per kassagroep te beoordelen. Voorbeelden van kassagroepen zijn planten, sfeer en interieur, bestrijdingsmiddelen etc. De kassagroep wordt ook gebruikt om te komen tot koppeling van grootboeken aan verkopen ten behoeve van export naar de boekhouding. In een volgende versie van RetailVista gaan kassagroepen waarschijnlijk verkoopgroepen heten.

Kostenplaats

Een kostenplaats wordt vastgelegd op de 'kop' van iedere verkoop (contant en op rekening) en wordt vaak gebruikt om een onderscheid vast te leggen tussen locaties waar zich verkooppunten bevindt. Het ligt functioneel dicht tegen de omzetsoorten aan, maar een voorbeeld van onderscheid is een omzetsoort 'Horeca' waar zowel 'Take away restaurant' als 'Tafel service restaurant' als kostenplaatsen onder zouden kunnen vallen.

Locatie type	Elke magazijn positie kent op het vijfde niveau een locatie type aanduiding waarmee aangegeven wordt of het om een raap locatie, bulk locatie of opslag locatie gaat.

Magazijn positie	Een artikel wat in het magazijn op voorraad ligt, wordt in RetailVista altijd op een positie geregistreerd. Magazijn posities bestaan altijd uit een combinatie van 5 codes waarbij de opbouw als volgt geadviseerd wordt: Deel 1: Aanduiding van fysiek adres van locatie Deel 2: Hal, gebouw, zone Deel 3: Gang, rij Deel 4: Stelling hoogte Deel 5: Positie in vak Een voorbeeld van een magazijn code kan zijn: OS-B-12-2-1 Dit betekent een magazijn in Osdorp, hal B, rij 12, hoogte 2, positie 1. De indeling zoals geadviseerd kan in de praktijk natuurlijk anders uitgewerkt worden, afhankelijk van de situatie. Belangrijk is wel om altijd als deel 1 het fysieke magazijn adres aan te duiden en dus niet meerdere magazijn adressen onder dezelfde deel 1 code onder te brengen.
Magazijn verplaatsing	Dit is een verplaatsing van artikelen van de ene magazijn positie naar een andere magazijn positie of naar de winkel (en andersom).
Magazijn voorraad	Dit is de optelling van de voorraad van alle magazijn posities

Omzet	Elk verkocht artikel in RetailVista leidt tot omzet. Verkopen in RetailVista kunnen slechts op 2 manieren plaats vinden, contant en op rekening. In boekhoud applicaties wordt vaak gesproken over kas en verkopen waarmee respectievelijk contante en op rekening verkopen worden bedoeld.
Omzetsoort	Aan elke verkoop in RetailVista wordt altijd een omzetsoort gekoppeld. Deze is vooral bedoeld om statistisch achteraf een verdeling te kunnen maken hoe de omzet verdeeld is qua herkomst. Voorbeelden van omzetsoorten zijn contante verkopen, verkopen op rekening, eigen gebruik, webshop verkopen etc. Omzetsoorten worden vastgelegd op de 'kop' van verkopen, bijvoorbeeld op kassabon niveau of op levering op rekening niveau.
Orderpicking run	Een orderpicking run is het beste uit te leggen als een eenmalige route die een medewerker in een magazijn aflegt om bestelde artikelen te verzamelen. Elke run krijgt in RetailVista een eigen uniek nummer en als een orderpicker alle ontvangen instructies binnen een run afgehandeld heeft dan wordt de run afgesloten. Het voordeel van een run en het bijbehorende unieke nummer is dat als een orderpicking scanner onverhoopt crasht, dan kan de laatste of een specifieke run weer worden gecontinueerd. Het geeft ook de mogelijkheid om een specifiek run door een andere collega te laten overnemen.
Opslag locatie	Een magazijn opslag locatie is een locatie waar artikelen zich bevinden maar die niet via orderpicking geraapt kunnen worden. Dit maakt onderdeel uit van het locatie type. Het verschil tussen een opslag locatie en bulk/raap locaties zit hem in het feit dat er nooit orderpicking instructies gegenereerd zullen worden voor opslag locaties. Een opslag locatie bevat vaak gesealde of voor een langere periode opgeslagen goederen die niet direct geschikt zijn om te verkopen. Denk hierbij als voorbeeld aan kerst artikelen. Afhankelijk van instellingen en implementatie wordt op webshop de voorraad van opslag locaties ook afgetrokken van de vrije voorraad, waardoor er geen bestellingen gedaan zullen worden door consumenten voor artikelen die zich in de opslag bevinden.
Orderpicking	Orderpicking is het bij elkaar zoeken van reserveringen. Dit kan op allerlei manieren, zoals op papier, met behulp van eenvoudige orderpicking of via begeleide orderpicking.

Prognose voorraad	Dit is de voorraad op lange termijn. De prognose voorraad is de vrije voorraad, verhoogd met de nog te ontvangen artikelen. De nog te ontvangen artikelen zijn de openstaande inkooporder regels. Hierdoor weet je wat de voorraad op termijn zal zijn.

Raapbare magazijn voorraad	Dit is de voorraad van alle magazijn locaties van het type raap of bulk locatie van een bepaald artikel.
Raap locatie	Een magazijn raap locatie is een locatie waar artikelen via orderpicking geraapt kunnen worden. Dit maakt onderdeel uit van het locatie type.
Rembours	Rembours is het door de ontvanger te betalen bedrag aan de bezorger bij overhandiging van een reservering (zending). Als dit bedrag niet voldaan wordt, dan zou de zending niet uitgereikt moeten worden.
Reserveringen	Reserveringen zijn het gevolg van verkooporders en dit beschrijft in feite wat apart gezet is, wat gereserveerd is voor een consument. Uiteindelijk moet een reservering altijd fysiek te vinden zijn, het is niet een fictief gegeven, het moet echt ergens klaar staan. Een reservering begint alleen wel fictief, na aanmaak begint het orderpicking proces.

Scenario	Een scenario is een beschrijving van een proces wat gevolgd wordt. RetailVista kent allerlei soorten scenario's zoals bijvoorbeeld bij artikel ontvangst, verkooporders etc.

Tijdzone

In RetailVista moet bij elke vestiging een tijdzone worden ingesteld. Bij alle verkopen die op die vestiging gedaan worden, wordt in de verkoop historie ook de tijdzone vastgelegd.

Uitgifte applicatie	De uitgifte applicatie maakt deel uit van RetailVista Mobile en is deels bedoeld om een serie routine controle te doen voordat een reservering (zending) mag worden overhandigd aan een afnemer. Dit kan zowel het geval zijn bij bezorging door eigen chauffeurs maar ook bij magazijnen waar afnemers zelf bestellingen komen afhalen. Routine controles zijn bijvoorbeeld of er voldoende is aanbetaald, of de reservering is al eerder is uitgegeven etc. Een ander doel van de uitgifte applicatie is de medewerker informeren over het aantal pakketten (dozen, verpakkingen) waaruit een reservering bestaat.
Uitgifte locatie	Een reservering kan een uitgifte locatie hebben. Dit is de locatie (fysieke plek, adres) waar de reservering te vinden is. Het begrip uitgifte locatie moet niet heel letterlijk genomen worden, het gaat eigenlijk om de locatie waar een reservering compleet verzameld wordt, ook als die artikelen heeft die afkomstig zijn van allerlei andere locaties of zelfs inkooporder leveranciers. Het gaat dus niet alleen om afhalen of uitgeven maar vanuit een uitgifte locatie kan evengoed de bezorging naar consumenten plaats gaan vinden. De uitfite locatie vermeld worden in emails en/of rapportages naar consumenten zodat die weten waar zij hun bestelde goederen kunnen afhalen.

Verkoop kanaal	Webshops kunnen ook zogenaamde 'marktplaatsen' zijn waardoor ze in feite meerdere onderliggende partijen vertegenwoordigen. Een voorbeeld hiervan is een EffectConnect webshop integratie die op zijn beurt Fonq als webshop outlet vertegenwoordigt. In RetailVista worden dergelijke partijen vertaald naar verkoop kanalen. In statistiek is het vervolgens mogelijk om niet alleen de omzet per webshop op te vragen, maar ook de omzet per verkoopkanaal.
Verkooporder	Een verkooporder is een klant bestelling. Verkooporders kunnen in sommige situaties leiden tot inkooporders, afhankelijk of artikelen wel of niet op voorraad zijn.
Verkooporder scenarios	Een verkooporder scenario is een combinatie van instellingen die bepalen hoe de afhandeling van een verkooporder plaats moet vinden nadat de verkooporder is ingevoerd.
Vervoersverklaring	Verkooporders mogen in sommige gevallen BTW vrij geleverd worden mits de verkooporder direct over de grens gaat. In die situaties dat een order afgehaald wordt, moet een vervoersverklaring worden ingevuld door de afhalende partij waarmee aangegeven wordt dat de zending direct naar het buitenland vervoerd wordt. Hierdoor wordt de retailer vrijgesproken van BTW afdracht, mocht de verkooporder ondanks ondertekening van deze verklaring toch in Nederland zelf verkocht gaan worden.
Vestiging	RetailVista kent organisaties, bedrijven en vestigingen. Deze laatste gaat over de fysieke locatie, het adres van een winkel.
Voorraad	Dit is de telbare voorraad van een artikel. Als je van een artikel in je winkel (en magazijn) alle gevonden aantallen bij elkaar op zou tellen, is dat de voorraad van een artikel.
Vrije voorraad	Dit is de voorraad minus de gereserveerde artikelen. In feite beschrijft de vrije voorraad de voorraad die je nog kan verkopen.

Winkel voorraad	Dit is de totale voorraad minus de magazijn voorraad.

Was dit artikel nuttig?

What's Next

Modules